Deze ca. 40 meter hoge kunstmatige heuvel vormt onderdeel van een ca.
5.000 jaar geleden aangelegd religieus landschap, bestaande uit o.a.:
diverse concentrische steencirkels (totale diameter ruim 400 meter),
een ganggraf (hunebed) voor voorouderverering,
een ronde tempel, offerplaatsen,
een heilige rivier,
door stenen gemarkeerde processielanen tussen de verschillende onderdelen
en een verblijfplaats voor grote aantallen bezoekers.
De oudste onderdelen zijn nog aanmerkelijk ouder aangenomen wordt dat het
religieuze gebruik van deze locatie wellicht teruggaat tot de eerste
jager-verzamelaars direct na de IJstijd.
Het doel van deze heuvel is onbekend. Archeologisch onderzoek heeft uitgewezen
dat het geen grafheuvel is en ook op de top ontbreken sporen van bebouwing
of specifiek gebruik.
Het is gebouwd in drie kort opeenvolgende fasen:
De eerste fase was slechts 5 meter hoog en bestond uit turfplaggen en takken.
Ze is aangelegd eind juli - begin augustus, d.w.z. op het hoogtepunt van de
zomer. Een periode van overvloed, waarbij al van oudsher stammen bijeenkwamen
om de moedergodin te vereren, de doden te herdenken en allerlei profane zaken
te regelen.
De tweede fase bestond uit wit gepleisterde stukken kalksteen, in de vorm van
een conische heuvel, en zal in die tijd in het zonlicht een schitterende indruk
hebben gemaakt.
Tijdens de derde fase werd de hoogte verdubbeld en de heuvel omgevormd tot een
piramide met zes (of zeven) treden (elk ca. 5 meter hoog).
Dat de bouw van dit religieuze centrum geen kleine onderneming en van
bovenregionale betekenis was, blijkt uit berekeningen die schatten dat hiervoor
ca. 15-20 miljoen man-uren nodig waren. Ook wanneer we aannemen dat de
bouwactiviteiten zich uitstrekten over meerdere generaties (of zelfs eeuwen),
wijst dit op een omvangrijke organisatie en betrokkenheid van grote aantallen
mensen (ca. 500 -1.000 mannen en vrouwen gedurende tenminste ca. 3-4 weken
per jaar).
(foto: J.A. den Ouden)
|
terug
Silbury Hill.
(Avebury, Zuid-Engeland)
De bron van de rijkdom van dit deel van Zuid-Engeland (evenals het nabij
gelegen Stonehenge) was de handel in uit Wales en de kust van de Ierse Zee
afkomstige metalen (goud, zilver, koper en tin) en edelstenen, die o.a. naar
Frankrijk verhandeld werden.
De priesters in deze religieuze centra waren vermoedelijk gekleed in mantels,
die bezet waren met gouden ornamenten (zoals dit borstschild) en fonkelende
stenen (als symbolen van de zon, leven en licht).
versie 8.00
|